De Pied-à-Terre.

Hij was inderdaad "binnen" zoals men dat zei van iemand die in het ministerie werkte. Hij was ingedeeld in het "Tijdelijk kader" en zou nog jaren op zijn vaste benoeming moeten wachten. Ondertussen deed hij mee aan een examen voor opsteller, slaagde, maar moest in werkelijkheid steeds hetzelfde werk doen : organisatie van een "pool" dactylo's en vertalingen van het Frans naar het Nederlands.

De "Ordres journaliers" die iedere dag in het Frans verschenen moesten door iedere bediende gelezen en geparafeerd worden. Enkele vlaamse militairen weigerden te paraferen. Er was zelfs iemand die aan zijn paraaf toevoegde "Gelezen maar niet verstaan".

Aangezien het aantal Vlaamse bedienden in dit Franstalig bastion dat het Ministerie van Landsverdediging lang geweest is, toenam, werd er van hogerhand beslist de OJ's in het Nederlands te vertalen. Dit werd ook zijn dagelijks werk. Hij deed het graag want het was afwisselend maar leverde dikwijls oeverloze discuties op met een oude kolonel die zich nog steunde op een Kramers Frans-Nederlands woordenboek in de oude spelling. Van de reeds sinds enkele jaren ingevoerde "Nieuwe spelling" had hij nog niets gehoord.

Na een jaar besefte hij dat hij hier niet snel zou "vooruitkomen". Hij liet zich inschrijven in een gerenommeerde Brusselse avondschool in de afdeling "boekhouding". Al de lessen werden in het Frans gegeven en er was les iedere werkdag, van 19 tot 21,30 uur. Na zes jaar zou hij het diploma "Gradué en Comptabilité" behalen. Alle boekhoudingen, zelfs in Vlaanderen, werden in de Franse taal opgesteld. Een tiental jaren later is dit langzaamaan verandert.

Het waren lange dagen. 's Morgens de trein nemen om kwart voor zes en 's avonds thuis komen rond middernacht. Als hij aan zijn ouders zei dat hij liever in Brussel zou wonen vroegen zij waarom het nodig was, van avondlessen te volgen, aangezien hij toch "binnen" en "zijn broodje gebakken" was !

Hij heeft dit slavenwerk twee jaar volgehouden. Hij was toen 24 en als kers op de taart moest hij iedere maand zijn "enveloppe", met zijn wedde, ongeopend aan zijn vader afgegeven en om drinkgeld bedelen.

De maat was vol ! Zonder iets te zeggen begon hij naar een gemeubelde kamer te zoeken in Brussel. De adressen vond hij in "Le Soir" en iedere zaterdagnamiddag ging hij op zoek.

Een zekere zaterdagnamiddag belde hij aan bij een groot statig herenhuis in de rue des Drapiers. Hij had het adres gevonden onder de rubriek "Pied-à-Terre".

De deur ging open en er verscheen een kort dik vrouwtje met bigoudi's in haar haar :
"Qu'est-ce-que-c'est ?"
"C'est pour la chambre ..."
"Oh oui, rentrez donc monsieur !"

Hij kwam in een smalle donkere gang terecht met donker rood behangpapier en enkele naaktschilderijen. Er klonk zachte muziek.

"Voulez-vous me suivre monsieur, je vais vous montrer nos chambres."

Toen ze op de eerste verdieping waren deed zij een deur open en liet hem binnen gaan terwijl zij zei :

"Voilà notre chambre Japonnaise !"

Het was een zeer mooie eenvoudige kamer met een laag vreemd bed zonder poten. Er stonden eenvoudige zwarte kastjes en er hing een grote wit papieren bol als lamp aan het plafond. Zeer gedurfde "Estampes Japonnaises" versierden de muren.... Dit had hij nog nooit gezien !

"Venez Monsieur, je vais vous montrer la chambre Napoléon."

Terwijl zij hem "la chambre du Tsaar" en "la chambre coquille" met een enorm groot rond bed in de vorm van een openstaande oesterschelp, "la chambre Chinoise", "la chambre des glaces" met overal spiegels, ook op het plafond, toonde, vroeg zij hem :

"Ce serait pour quel jour monsieur ?"

Hij vond dit maar een stomme vraag en antwoordde :

"Mais pour tous les jours madame !"

Haar ogen vielen wijd open :

"Oh oui monsieur, pour tous les jours ? Je vous ferais bien sûr une importante réduction sur le prix !"

Hij stond nog vol verbazing te kijken naar zijn beeld boven hem op het plafond toen zij zei :

"J'ai encore d'autres chambres, mais elles sont occupées pour l'instant !"

Langzaam begon er iets tot hem door te dringen.... hij hoorde trouwens overal dezelfde muziek in de kamers als in de gang. Hij was in een "hôtel de passe" beland. Vandaag kan iedereen voor een paar uurtjes rollebollen in gelijk welk hotel binnen, maar een halve eeuw geleden kon dit niet ! Er bestonden toen anonieme hotels, die er van buiten uitzagen als gewone burgerhuizen, waar men een kamer kon huren voor enkele uurtjes plezier. Nu begreep hij de uitdrukking "pied-à-terre"....

"Et monsieur voudrait venir tous les jours ?

Zij kon het blijkbaar nog niet geloven en keek vol bewondering naar hem.

"Vous n'êtes pas obligé de prendre toujours la même chambre savez-vous ....."
"Mais je crois qu'il y a un petit mal entendu; je cherche tout simplement une chambre garnie pour y habiter et rien de plus !"

"Oh oui monsieur, je crois aussi que vous vous êtes trompé d'adresse. Allez ne vous en faites pas; comme cela vous connaissez la maison éh, on ne sais jamais !"

Ontgoocheld liet zij hem buiten.

Inderdaad, hij is het adres nooit vergeten ......

ANDERE VERHALEN.